Het Britse Lagerhuis heeft de Brexitdeal verworpen en ingestemd met uitstel van de Brexitdatum. Niemand weet precies wat er nu gaat gebeuren. Toch zijn de contouren van de gevolgen van een ‘harde Brexit’ (zonder deal) wel zichtbaar. Wat betekent dit voor klanten binnen de financiële dienstverlening?
Op 23 juni 2016 stemden de Britten voor uittreding uit de Europese Unie (EU). De uittredingsdatum is 29 maart 2019. Tenzij uitstel wordt verkregen, maken Engeland, Schotland, Wales en Noord-Ierland (= het Verenigd Koninkrijk – VK) vanaf dat moment geen deel meer uit van de EU. Om het uitstel te verkrijgen moeten alle 27 lidstaten unaniem instemmen met het verzoek om uitstel. De Britse premier May probeert vóór de EU-top op 21 maart alsnog een meerderheid voor de Brexitdeal te krijgen. Als dit niet lukt, vraagt ze het uitstel aan tijdens de EU-top.
Als de Brexitdatum inderdaad wordt uitgesteld, zijn er nog drie scenario’s mogelijk:
De meeste financiële dienstverleners, zoals banken en verzekeraars, hebben zich al voorbereid op een eventuele (harde) Brexit. Hieronder bespreken we kort de belangrijkste gevolgen van een harde Brexit voor klanten binnen de financiële dienstverlening.
Minister Hoekstra heeft een overgangsregeling aangekondigd bij een harde Brexit. Ook bij een ‘no deal’ blijven de belangrijkste fiscale regels van kracht tot in elk geval eind 2019. Dit is bijvoorbeeld belangrijk voor in het VK wonende particulieren die in Nederland belastingplichtig zijn.
Het betalingsverkeer blijft gewoon mogelijk: geld overmaken naar of ontvangen van een Britse rekening verandert niet. Pinnen met een Nederlandse betaalpas in het VK kan wellicht wel iets duurder worden.
Ook bij een harde Brexit blijven eventuele consumptieve of hypothecaire leningen van klanten bij een Britse bank gewoon bestaan. In geval van hypothecaire kredieten, kan daar een (verpande) spaarrekening of beleggingsrekening tegenover staan. Ook daaraan verandert niets voor de klant.
Mogelijk krijgt de klant een nieuw contract als de lening verhuist naar een EU-land. De Bank of Scotland heeft deze maatregelen al aangekondigd. De leningsvoorwaarden blijven van kracht. De volgende zaken worden in dat geval waarschijnlijk aangepast:
Voor de meeste klanten verandert er niets door de Brexit als het gaat om vermogensopbouw, al dan niet via een pensioenregeling. Effecten die wel kunnen optreden zijn:
Een harde Brexit betekent dat de Europese Zorgpas (European Health Insurance Card – EHIC), niet meer geldig is in het VK.
Zorgkosten blijven wel verzekerd onder de werelddekking van de zorgverzekering. De dekking van de kosten is tot het Nederlandse marktconforme tarief. Dit is het tarief dat in de Nederlandse markt passend is voor een bepaalde behandeling.
Schadeverzekeringen bij een Britse verzekeraar veranderen niet door de Brexit. Een verzekeraar die voor de Brexit een vergunning heeft om binnen de EU verzekeringen te verkopen, moet ook na Brexit zijn verplichtingen nakomen. De verzekering blijft dus geldig, conform de polisvoorwaarden (tot de vervaldatum). Als de vervaldatum ná een harde Brexit plaatsvindt, kan de verzekering echter niet worden verlengd. De polishouder moet dan op zoek naar een verzekeraar met een Europees paspoort.
Europese verzekeringen van EU-burgers bieden gewoon dekking tijdens een vakantie in het VK. Ook de groene kaart voor de auto en het EU-rijbewijs blijven gewoon geldig.
Ook voor zakelijke schadeverzekeringen gelden onzekerheden. Denk aan douanecontroles die mogelijk langer duren waardoor een lading bederft, hogere invoerheffingen en een mogelijk grotere productaansprakelijkheid.
Of de Brexit plaatsvindt, is nog niet zeker. En als deze plaatsvindt, is ook nog niet zeker wanneer en onder welke voorwaarden. Toch kan je de klant in vrijwel alle gevallen geruststellen. De normale financiële dienstverlening verandert niet, ook al heeft de klant financiële diensten afgenomen bij een Britse partij.